In 1470, St James’s Church in Utrecht established a fund to provide the poor with food and fuel. In 1492, the funds were used to help thirty people. By the end of the 16th century, that number had risen to around two hundred. This painting was hung above the collection box. This side shows the good works carried out with the funds. The other side depicts the reward for charitable donations: a place in Heaven.
Title
De liefdadigheidswerken van de armenpot van Sint Jacob (recto) het laatste oordeel (verso)
Artist
Dating
1562
Material and technique
Object number
2473
Object type
Acquisition
schenking 2019 (Schenking van de Protestantse Gemeente Utrecht. (Was sinds 1883 bruikleen van de Kerkvoogden der Nederlandse Hervormde Gemeente, v.h. Potmeesters der St. Jacobskerk.)
Dimensions
hoogte (dagmaat) 50.5 cm
breedte (dagmaat) 392.5 cm
hoogte (met lijst) 57.1 cm
breedte (met lijst) 401.5 cm
diepte (lijst) 8 cm
gewicht 56 kg (+/-)
Inscriptions and markings
- datering liefdadigheidswerken, boven de kapitelen: 1562 // MoDcLXIJ // MoDcLXIJ// 1562
- opschrift links: NOTA BENE CHARISSIME // Gheeft aelmisse[n] zoet va iov tijtelicke goet // den allendige[n] huijssarmen // Want die aelmisse doit va[n]der helssche gloijt // iou ziel beschermen // Daer om[m]e gheeft altijt den arme[n] alhier // na crijstus vermae[n] // Zoe zvldij weder om[m]e va[n] godt die heer // een volle mate ontfae[n] // Want crijstus spreeckt en[de] int heijlich eva[n]geli staet // het ons bescreue[n] // Gheeft en[de] iov zell weder om[m]e worde[n] gegheuen // Daer om[m]e zaet hier overvloydelick ghij // vriende[n] voll eeren // Want den allendige[n] huijssarme[n] sijn ackers // des heeren // Ghij en vijnt nijet meer geloeft dat vrij // Dan dat ghij gheeft om die min[n]e va[n] mij // O eedel chrijste[n] me[n]ssche gheeft hier den // arme[n] in crijstu[s] name // Dat is iou tot salicheijt en[de] de[n] almoge[n]de // godt bequame
- opschrift rechts: NOTA BENE CHARISSIME // Och hoe svaer en[de] hardt zall sijn // dat scheijden // Den ghene[n] die hem op hoer dootbedde // ierst zullen bereijden // Daer om[m]e all eer die doot kommt sijt // te vore[n] bereijt // Want alssdan zoe moit ghij mede het is // iov lieff off leijt // Ald[us] genome voirde beste[n] raet. doit altijt goit // en[de] schout qvaet // Want ghij daeglicx ter doot werdts gaet // Daer hem die weldader altijt zall verblijden. // En die quaet doender ewelick moit lijden // Want met schoene woerde[n] noch mit liegen // En machtich godt de heere nijet bedriegen // [Con]Cluijsie // O eedel chrijsten mensschen hoe dat wij dit // wille[n] keeren en[de] weijnde[n] // Zoe en zalment nochtans eider waerheijt // anders nijet beuijnden
- opschrift achterzijde links van doodshoofd: DA TVA DVM TVA SVNT POST MORTEM // TVNC TVA NON SVNT
- opschrift achterzijde rechts van doodshoofd: O me[n]sche gedenck uw uijterste en inder // ewicheijt en sult ghi niet sondighen
What
When
More of the same motive
Remarks
Tweezijdig beschilderd. Recto de liefdadigheidswerken, verso het laatste oordeel. Originele lijst. Voorheen recto (overschilderd) (boven de vakken met de liefdadigheidswerken) `Hier deijlt men dey Son[n]endaechse scottel der armen: // Hier deijlt men den armen swijnters den turff: // Hier deijlt men den armen die bedleger sijn aelmissen.' Zie Utrecht 1952, cat. nr. 292, p. 137. Volgens Van Riemsdijk 1882, p. 24, hing het schilderij oorspronkelijk boven de plaats waar de bestuurders van de Armenpot de gaven aan de armen uitdeelden. In de achttiende eeuw hing het volgens zijn zeggen aan de zuidelijke torenwand. Hij veronderstelt dat de potmeesters zowel voor als na de reformatie in het zuid-westelijk deel van de kerk werkzaam zijn geweest. Volgens Utrecht 1878(a), bij cat. nr. 187, p. 33, hing het paneel in 1878 tegen de oostelijke muur van het koor van de Sint Jacobskerk. Zie Utrecht 1952, cat. nr. 292, p. 137. Volgens Utrecht 1904, cat. nr. 654, p. 99 is cat. nr. 759 afkomstig uit het middenkoor van de Sint Jacobskerk. De combinatie van de liefdadigheidswerken met een voorstelling van het laatste oordeel is terug te voeren tot Mattheus 25: 31-46, waar Christus aankondigt dat zij die de werken van liefdadigheid hebben beoefend, bij het laatste oordeel tot de uitverkorenen zullen behoren. Zie ook inv. nr. 2472.
Documentation
- Utrecht : tale of the city, Renger de Bruin, René de Kam, Kaj van Vliet, (Jaarboek Oud-Utrecht, 1978), P. 72, afb. in kleur van her middenpaneel, voorkant
Exhibitions
- De gezonde stad, Centraal Museum
- TROTS VAN DE STAD: De Utrechtse Domtoren, Centraal Museum
- Kruisvaarders en weldoeners, Centraal Museum
- Scorels Roem. Hoe een Utrechtse schilder de Renaissance naar het Noorden bracht, Centraal Museum
- Stichting Victor V: Werkplaats Jan van Scorel, onderzoek en restauratie, Centraal Museum
- Leven na de dood. Gedenken in de late Middeleeuwen, Museum Catharijneconvent
- Van Aalmoes tot AOW, zes eeuwen ouderenzorg in een Nederlandse stad, Centraal Museum
- Dood en begraven, sterven en rouwen 1700-1900, Centraal Museum
- Leiden 74, Museum De Lakenhal
- Uit de Jacobskerk, Centraal Museum
- Stedenspiegel, Haags Gemeentemuseum
Persistent url
To refer to this object please use the following persistent URL: https://hdl.handle.net/21.12130/collect.F22D565C-19A9-4E45-A978-C174E7CE4C32
Questions?
Do you have a remark or extra information on this object? Please let us know!