![Portret van Anna Maria van Schurman (1607-1678)](/nl/collectie/6637-portret-van-anna-maria-van-schurman-1607-1678-steven-van-lamsweerde/@@images/preview_image-32-c4b84dcc12ed578a76f4201b1a6c801d.jpeg)
Dit object is nu niet in het museum te zien | |
Titel | Portret van Anna Maria van Schurman (1607-1678) |
Vervaardiger | Steven van Lamsweerde (Utrecht 1639 ca. - 1686 ?) |
Datering | 1657 (gedrukt 1712) |
Materiaal / Techniek | |
Inventarisnummer | 6637 |
Objectnaam | |
Verwerving | overdracht 1931 |
Afmetingen | hoogte (plaat) 30.1 cm breedte (plaat) 22.6 cm hoogte (passepartout) 63.8 cm breedte (passepartout) 49 cm |
Opschriften / merken |
|
Geassocieerd onderwerp | |
Geassocieerde periode | |
Motief | |
Opmerkingen | Anna Maria van Schurman (Keulen 1607-Wieuwerd 1678). In 1615 verhuisde de familie naar Utrecht, waar Anna Maria van Schurman het grootste deel van haar leven zou blijven wonen. Via zelfstudie ontplooide zij zich op verschillende terreinen. Zij tekende en schreef gedichten. In haar 'Dissertatio' (1641) verdedigde zij het recht van de christelijke vrouw op studie. Voor haar gold dat wetenschapsbeoefening vooral gericht moest zijn op een beter begrip van de bijbel en op de godgeleerdheid. Naast de moderne talen leerde zij Grieks, Latijn, Hebreeuws, Chaldees, Arabisch, Syrisch en Ethiopisch. Van groot belang voor Van Schurmans intellectuele en godsdienstige ontwikkeling was het contact met Voetius. Deze stond haar toe colleges te volgen vanuit een afgeschermde loge, onzichtbaar voor haar mannelijke medestudenten. De 'Utrechtse Pallas' correspondeerde tevens met geleerden in heel Europa. Zij kwam in contact met de prediker Jean De Labadie, wiens streven naar kerkhervorming haar aansprak: een zuiver leven vanuit het geloof in Jezus Christus en distantiëring van de ongelovigen. Toen De Labadie zich in 1669 afscheidde sloot Van Schurman zich als een van de eersten aan bij de afgescheiden huisgemeente in Amsterdam. Met de Labadisten vertrok Van Schurman in 1670 naar Hertfort, Westfalen, in 1672 naar Altona en in 1675 volgde tenslotte de verhuizing naar het Walta-slot in het Friese Wieuwerd. (Zie: M. de Baar, 'Anna Maria van Schurman', in: Utrechtse Biografieën, deel 1, p.164-168) Deze prent is afkomstig uit het tweede deel van J. Cats, 'Alle de Wercken', Amsterdam/'s-Gravenhage 1712, tegenover de inhoudsopgave. Het Latijnse lofdicht is van de hand van Antonius Aemilius (1589-1660), die van 1634 tot 1660 in Utrecht hoogleraar Historie en Staatskunde was. |
Documentatie |
|
Duurzame url | Als u naar dit object wilt verwijzen gebruik dan de duurzame URL: https://hdl.handle.net/21.12130/collect.F5A9535B-1BDD-4EB7-A8E9-7351CDD0E175 |
Vragen? | Ziet u een fout? Of heeft u extra informatie over dit object? Laat het ons weten! |