Dit drieluik geeft een inkijk in de werkwijze van Marlene Dumas (Kaapstad 1953). De kunstenaar put uit een groot archief van plaatjes en teksten die ze uit alle mogelijke bronnen heeft gehaald. Die verzameling vormt de basis van haar werk. Dumas ordent en her-ordent de plaatjes en teksten, schuift en verschuift; op een speelse onderzoekende manier vindt ze betekenisvolle combinaties uit. In 1983 knipte Dumas plaatjes en namen uit pornotijdschriften. Die plakte ze met plakband op een blad papier. Ze had ook bijgehouden wat voor wilde namen slipjes en beha’s hadden. Die noteerde ze op een groen stuk papier. Daaraan voegde ze een stuk envelop toe waarop ze de namen van de ‘manlijke broekjes’ had geschreven. De twee bladen combineerde ze tot een tweeluikje. Dat diende als schetsontwerp voor een schilderij dat ze datzelfde jaar maakte: het tweeluik Exotic Lingerie, een van haar eerste werken op doek. Een jaar later veranderde Dumas het papieren tweeluikje door een derde blad toe te voegen. De diepe rode kleuren die de blanco vorm in het midden omringen, suggereren dat we diep in een mond kijken, tegen de huig aan. Een vinger lijkt in de mond te penetreren, in de M die huig en verhemelte samen scheppen, de M van Marlene. Door de gouache toe te voegen, kwamen de twee andere bladen in een ander daglicht te staan. Dumas paarde porno en banale erotiek aan de intieme persoonlijke lijfelijkheid van jij en ik.