Van 3 december 2005 tot en met 5 maart 2006 was in het Centraal Museum Utrecht de tentoonstelling ‘Abraham Bloemaert (Gorinchem, 1566 – Utrecht, 1651). Tekenaar van het Utrechtse landschap’ te zien. De tentoonstelling gaf inzicht in de belangrijke rol die Abraham Bloemaert speelde in de ontwikkeling van het landschap.

Virtuoos tekenaar
De Utrechter Abraham Bloemaert wordt gerekend tot de meest virtuoze tekenaars uit de 17de eeuw. Omdat vele van de Utrechtse caravaggisten en italianisanten bij hem in de leer zijn geweest, wordt hij wel de ‘Vader van de Utrechtse school’ genoemd. Bloemaert liet een groot oeuvre schilderijen en honderden tekeningen na, waaronder vele landschapsstudies. Gastconservator Jeroen Jurjens selecteerde voor de tentoonstelling in het Centraal Museum 32 tekeningen van de hand van Bloemaert en een aantal andere tekenaars die door hem werden beïnvloed.

Landschappen ‘nae ’t leven’
Bloemaert ontwikkelde al vroeg een grote belangstelling voor het platteland en het rustieke leven. Omstreeks 1585-’90 trok hij er met een schetsboek op uit om bomen, bruggetjes, boerderijen en schuren ‘nae ’t leven’ te tekenen. In het atelier werden dergelijke landschappelijke motieven door Bloemaert toegepast in grotere composities voor schilderijen, tekeningen en prenten. Tot dan toe hadden kunstenaars zich gebaseerd op bestaande studies, die zij kopieerden en vervolgens als uitgangspunt voor een voorstelling namen. Bloemaert daarentegen bestudeerde de natuur naar het leven en ontwikkelde een werkwijze die pas begin zeventiende eeuw algemeen gangbaar werd. Door de uitgaven van prentenseries naar zijn schetsen leerden vele kunstenaars Bloemaerts landschappen kennen. De invloed van Bloemaert is onder meer zichtbaar in de tekeningen van Jacques de Gheyn II, de gebroeders Herman en Cornelis Saftleven, Roelant Savery en Anthonie Waterloo.

Bestandscatalogus ‘Werken op papier tot 1850’
In 2004 is de collectiecatalogus ‘Werken op papier tot 1850’ uitgebracht, waarin de volledige collectie werken op papier tot 1850 van het Centraal Museum is opgenomen. Deze catalogus is het zevende deel van de serie ‘Verzamelingen van het Centraal Museum’. In 1995 werd gestart met de uitgave van een reeks collectiecatalogi om de verschillende deelcollecties te ontsluiten. Deel zeven in de serie, onder redactie van Liesbeth Helmus (conservator Oude Kunst) en mede mogelijk gemaakt door de Mondriaan Stichting, geeft een goed beeld van de totstandkoming van de collectie prenten en tekeningen van het Centraal Museum. De collectiecatalogus ‘Werken op papier tot 1850’ is verkrijgbaar in de boekwinkel van het Centraal Museum.