De Leidse pottenbakker Meindert Zaalberg (1907-1989) opende op vrijdag 16 januari 1959 in het Centraal Museum een tentoonstelling van Nederlandse keramiek, samengesteld door de Koninklijke Academie voor Kunst en Vormgeving in Den Bosch. De expositie bood een beperkt overzicht van de ontwikkeling in de Nederlandse keramiek sinds Chris Lanooy (1884-1948) en Bert Nienhuis (1873-1960) hieraan nieuwe vorm en richting hadden gegeven. Zij waren dan ook de oudsten van wie enig werk - voornamelijk potterie - aanwezig was. Ook de jongeren waren vertegenwoordigd, o.a. Herman Zaalberg jr. (1935), zoon van Meindert, die bij de opening een demonstratie op de draaischijf gaf.

Er was verder werk te zien van Hein Andrée (1882-1961), Harm Kamerlingh Onnes (1893-1985), Luigi de Lerma (1907-1965), Henny Radijs (1915-1991), Suson Hubrecht-van Hoogstraten (1924) en anderen. Van Jet Sielcken (1929) was een vaas uitgekozen, die was gedecoreerd door Lies Cosijn (1931).

Vader en zoon Zaalberg verzorgden verder de woensdag- en zaterdagmiddagen demonstraties "(...) die zeer de aandacht trokken, vooral van het jeugdige publiek," aldus het jaarverslag.

De tentoonstelling trok 1.720 bezoekers.